En dan altijd maar weer die
normen & waarden
In dit artikel wordt de blijvende actualiteit rond de in 2002
geëntameerde discussie over normen en waarden,
van enkele kanttekeningen voorzien.
door: Dick van Biemen
Het is trouwens niet 'normen en waarden' en zeker geen 'wormen in Naarden' (Koot & Bie), maar 'waarden en normen'. Dat is de (volg)orde waarin echte maatschappelijke betrokkenheid in de zin van moreel handelen van de grond komt. De socio-babbelaars hebben, wellicht onbedoeld, met hun focus op normen als 'sociale feiten', en als zodanig meetbare grootheden, de alfabetische volgorde tot algemene uitdrukking weten te verheffen. Maar goed, dat ter zijde...
In een notitie aan de ministerraad van 22 juli 2002 lanceerde voormalig minister Herman Heinsbroek (LPF) van Economische Zaken een offensief tot renovatie van die maatschappelijke peilers, wat ons toen verraste en ook wel verheugde.1 Immers, het gaat om een nog steeds onbesliste kwestie die de publieke discussie al veel langer beheerst. We kunnen daarbij denken aan Dries van Agt, premier van 1977 tot 1982, die al eerder opriep tot een "ethisch reveil", een herstel van christelijke waarden en normen in de samenleving. Publicitair was het socioloog en journalist Herman Vuijsje die in de jaren-tachtig met zijn inmiddels klassiek geworden Lof der dwang (1989) de aanval inzette op het toen al danig afgebladderde imago van de gedoogcultuur als uitvloeisel van de jaren-zestig en zeventig. En zo is de roep om herstel van fatsoen, waarden en normen steeds sterker geworden. Bij monde van toenmalig minister van justitie Hirsch Ballin werd half jaren-negentig gepleit voor het opnieuw ter sprake brengen van normen en waarden, te beginnen op de scholen, door "onschuldige projectjes" rond bijvoorbeeld de basisagenda met de feestdagen van verschillende culturen, van christenen, moslims, joden, hindoes, seculiere gedenkdagen, enz. En evenzo in die periode onderwijsminister Jo Ritzen, die zich haastte te pleiten voor het initiëren van een moraal van onderop, volgens recept van de pedagoge Lea Dasberg. Deze had eerder in haar afscheidsrede aan de UvA gerept over een pedagogiek die ‘weer de moed moet opbrengen normatief te zijn’ (1987). Zo zouden alleen al voor ons land tientallen namen genoemd kunnen worden van prominenten die zich in gelijke bewoordingen hebben uitgelaten. Ook ikzelf heb mij in alle bescheidenheid niet onbetuigd gelaten. In het tijdschrift Filosofie & Praktijk (najaar 1997, n. 3) schreef ik over "Medialisering van de moraal", het verschijnsel dat binnen het hele scala van human interest morele kwesties steeds vaker beslist lijken te worden binnen de publieke ruimte van de media, met als laatste mager ijkpunt het 'goed-gevoel' dat daarin gezocht wordt.2 Ik heb daarbij de vraag laten doorklinken of het hier gaat om een heilzaam middel of dat dit verschijnsel van medialisering juist indicatief is voor het aporetisch karakter van de hele kwestie rond waarden en normen.
WAAR GAAT HET OM ?
Alles draait in de discussie om de mores van het 'goede samen-leven', en dat binnen een tijdsbestek waarin vrijheid en plicht tot zwevende grootheden zijn geworden en hyperindividualisme (een soort 'geharnast' individualisme met extra beschermlaag) en subjectief relativisme tot principium vitae zijn verheven. In mijn artikel toentertijd heb ik betoogd dat, tegen die achtergrond, een overheid die het algemeen belang dient zich vroeg of laat gedwongen ziet normen en waarden tot beleidspunt te verheffen. De vraag luidde vervolgens: welke sturingsmiddelen haar daarbij ter beschikking staan? Ik heb er drie genoemd. Te weten, (1) van bovenaf, het conditioneren van gewenst gedrag middels straffen en belonen, (2) van onderop, het programmeren van moreel bewustzijn middels opvoeding en onderwijs en (3) frontaal, het idoliseren van morele voorbeelden middels de rolmodellen van held en antiheld; methoden die ieder met een eigen impact duidelijk aansturen op het initiëren van moreel bewustzijn en gedragsverandering (attitudevorming). De eerste twee hebben een lange traditie, de laatste is vooral verbonden met de beeldcultuur van film en televisie en daarom van recenter datum. Het is o.a. die methode waarmee SIRE haar ‘sociale reclame’ aan de man en vrouw brengt en Postbus 51 van de Rijksoverheid haar ‘instrumentele voorlichting’. Vervolgens heb ik in mijn artikel een verband gelegd tussen genoemde beleidsinstrumenten en het denken van Emmanuel Levinas, de filosoof van ‘de verantwoordelijkheid voor de ander’. Vanuit zijn analyse bezien erkend Levinas de symmetrie van rechten en plichten welke bepalend zijn voor goede maatschappelijke verhoudingen en de rol die de overheid daarin speelt, namelijk: niet alleen voorwaardenscheppend, maar evenzeer voorbeeldgevend. Zijn kritiek echter luidt: dat een ethische optiek zich in wezen niet laat inpassen binnen een manipulerende totaliteit, van welke aard dan ook - of het nu gaat om een harde straffende en belonende overheid of een zachte tolerante overheid. Anders gezegd: bij nader inzien blijkt de diepte van het probleem op zeer gespannen voet te staan met de oppervlakkigheid van de beschikbare middelen. Maar, los daarvan...
Het voorstel van Heinsbroek was dus het zoveelste ministeriële initiatief. Oud-Tweede kamerlid Hans Hille (CDA) noemde het daags na het publiekelijk bekend worden ervan in NOVA een 'fatsoensvoorstel', met verwijzing naar het nut van een scheerbeurt voor de heer Heinsbroek. Deze flauwigheid (die verwijzing naar een scheerbeurt), illustreert echter precies waar de schoen wringt: message en medium zijn naar het gevoel van velen incongruent. Met het oog op dat probleem is het dan ook dubbel interessant dat nu juist een minister van economische zaken én lid van de LPF de moraal in eigen blazoen wilde opnemen. Om met het laatste te beginnen. Lid zijn van die partij hoefde nog geen schande te zijn, maar betekende met betrekking tot iemands politieke ambities wel het nemen van enkele niet geringe risico’s. Het yuppenelan waarmee de LPF-leden indertijd over elkaar buitelden deed op z’n minst vermoeden dat hier zo niet van een gebrek aan fatsoen, dan toch zeker van een gebrek aan identiteit sprake was. En dat is zeer frustrerend voor een jonge partij waarin het allereerst moet gaan om de noodzakelijke ontwikkeling van een duidelijk programmatische opzet binnen een coherent handelingsperspectief. Helaas mocht het er niet van komen, zo bleek 16 oktober 2002 bij de landelijke afgang van de LPF. En dan de portefeuille van de minister in kwestie - die van economische zaken. Het desastreuze karakter van de huidige neoliberale motieven, nationaal en mondiaal, moge duidelijk blijken uit de niet aflatende drang tot steeds meer: meer productie, meer concurrentie, meer consumptie. De minister - elke minister - van dat departement, zou zich bijvoorbeeld met het oog op fundamenteler waarden kunnen inlaten met het overwegen van macro-economische modellen ter terugdringing van die afgodische productie- en consumptiedrift in dienst van een economisch idee dat van geen genoeg wil weten.3 Het betreft hier immers zaken waar de burger middels een gedateerd maar nog altijd dominant arbeidsethos van meer werken, meer inkomen, meer consumptieve bestedingen en de daarop toegesneden commerciële beeldvorming van een wereld waarin alles voor geld te koop is, voortdurend toe wordt aangezet. Met zo'n koerswijziging valt pas 'winst' te behalen, morele winst dan wel te verstaan, en op langere termijn ook economische, in de ware zin van het Griekse woord oikonomia (huishoudkunde), dat is: het op orde houden van de wereld als bewoonbaar huis voor iedereen. De waarden die daarbij in beeld komen hebben in ecologisch en humaan opzicht alles te maken met behoud van natuur en milieu en het ijveren voor een mondiaal rechtvaardiger verdeling van goederen, diensten en levenskansen, om maar wat te noemen. Maar ja, hoe lang hou je het dan nog uit als neder-landse minister van economische zaken - welke minister van welke partij dan ook? Anders gezegd: wist Heinsbroek waar hij aan begon?
Gezien de punten die de minister onder de aandacht wilde brengen moet dus geconstateerd worden dat die tegen de achtergrond van de diepere problematiek slechts van cosmetische aard zijn. Het gaat om omgangsvormen die weliswaar van grote betekenis zijn in het maatschappelijk verkeer, maar die als uiterlijk vertoon gemakkelijk de vele sociale en economische onrechtmatigheden in de samenleving kunnen verhullen. Waarmee tegelijk duidelijk is dat een terugkeer naar het fatsoen van de burgerlijke samenleving van vijftig jaar geleden - als dat al mogelijk zou zijn - niet wenselijk is en zeker geen herstel van moreel besef garandeert, daar is meer voor nodig. Normen en waarden zijn geen 'producten' die even snel op tafel gelegd kunnen worden en vervolgens - mits goed 'verpakt' - effectief doorverhandeld. Normen dienen ter instandhouding van verbindende waarden binnen een samenleving die vanuit een collectief gedragen wereldbeeld en zelfbeeld langs historische weg is opgebouwd. Daaraan ontlenen de leden afzonderlijk en als groep hun identiteit. En binnen die conceptie ervaart en beseft ook elk individueel lid het fragiel evenwicht tussen eigenbelang en groepsbelang als randvoorwaarde van gemeenschappelijk existeren, een besef ook waaruit de intrinsieke motivatie groeit door gezamenlijk normatief handelen aan de stabiliteit van dat existeren bij te dragen. Wat inhoudt: een respectvolle omgang met de dragende krachten van die samenleving. En die dragende krachten zijn al de mensen die er deel van uitmaken, in hun onderscheiden identiteit, plús de natuurlijke en bovennatuurlijke bedding waarin dat geheel vervat is. Echter, aan dat zicht op verbindende waarden leek het niet alleen bij de LPF, maar meer algemeen in de hele samenleving te ontbreken. Het op orde brengen van de publieke moraal is daarmee een noodzakelijke en nobele aangelegenheid, maar zal voorlopig nog wel de nodige hoofdbrekens, én dus tijd, vergen.
Intussen gaat het allang niet meer om Herman Heinsbroek, die zijn ontslag als minister indiende enkele uren voordat op diezelfde dag (16 okt. 2002) premier Balkenende de val van zijn kabinet aankondigde. Nee, de kwestie van normen en waarden is nu, en was eigenlijk altijd al, een publieke zaak waar alle burgers gewild of ongewild deel aan hebben. Na het aanvankelijke voorstel tot instelling van een Commissie Normen en Waarden, een voorstel dat door te weinig steun in de kamer van o.a. VVD en LPF (!) werd afgeblazen, ging de gedachte vervolgens uit naar het initiëren van een brede maatschappelijke discussie over dit onderwerp. En zo fungeren de dag- en weekbladen tot op vandaag stuk voor stuk als podia waarop ieder uitgenodigd wordt zijn of haar zegje te doen over deze en aanverwante kwesties. Ook de actualiteitenprogramma's wijden met grote frequentie de nodige zendtijd aan het thema 'normen en waarden', waarbij steeds weer blijkt dat we het er allemaal wel over eens zijn dat er iets moet veranderen, maar dat de meningen over het hoe en wat nogal verdeeld zijn. De keerzijde van al die op zich terechte aandacht is echter dat steeds meer mensen de drukte over "altijd maar weer die normen en waarden" ervaren als oeverloos gezeur waar toch niet uit te komen valt. En ook dat is dan weer geen wonder, als we bedenken dat we in Nederlands- en nog meer in Europees verband met een zeer diverse segmentering van de bevolking te maken hebben, met een uiterst beweeglijke verscheidenheid van groepen en belangenconstellaties die mede door alle middelen van communicatie aan een ongekende interactieve dynamiek blootstaan. Met het gevolg dat, waar op het ene vlak vertrouwde grenzen vervagen op andere terreinen nieuwe markeringen lijken te worden aangescherpt. Kortom, we hebben met een wisselend en divers beeld van doen waar het gaat om de vele verwachtingen, wensen en frustraties met betrekking tot die o zo belangrijke maatschappelijke vraag omtrent het 'goede samen-leven'.
NIPO-RAPPORT 'WAARDEN IN NEDERLAND' (WIN)
Iets van deze diversiteit komt tot uiting in een Nipo-rapport dat in diezelfde periode een overzicht presenteerde van de 'issues' waar het de burgers in Nederland om gaat.4 Het rapport maakt echter duidelijk dat een eenzijdige focus op deze issues nog geen verantwoorde analyse inhoudt met betrekking tot de eventueel daaraan ten grondslag liggende waarden en normatieve gedragingen van groepen en individuen. Daar komt meer voor kijken. Belangrijke elementen die daarin betrokken moeten worden zijn bijvoorbeeld de traditionele demografische kenmerken van leeftijd, sekse en opleiding. Daarnaast zijn er de concrete omgevingsfactoren die een rol spelen zoals, wonen in een stad met veel allochtonen of op het platteland, het deelnemen aan woon- werkverkeer met of zonder files, enzovoorts. Wanneer deze gegevens mede in de analyse betrokken worden krijgen we een completer beeld van de segmentering van de waardenclusters binnen de Nederlandse bevolking.5 Vervolgens blijkt daaruit dat een groot aantal van de vermelde waarden vrij algemeen wordt aangehangen, maar dat de demografische differentiatie er toe bijdraagt dat de prioriteitstelling binnen die algemene waarden zeer verschillend is. Vrijheid voor mensen met een dubbel inkomen heeft bijvoorbeeld een andere 'waarde' (betekenis), dan voor mensen met een minimum inkomen. En dat verschil kan met betrekking tot dezelfde waarde weer anders uitpakken tussen mensen met een lage of hoge opleiding. Zo stelt het rapport: "Bij de ambitieuze materialisten en bij de zorgeloze levensgenieters staat de angst voor een sociale tweedeling op een zeer laag pitje", en, "Opvallend is dat ‘linkse intellectuelen’ de enige groep is waar het milieu nog echt een plek heeft" (p. 10). We hebben dus te maken met waarden in veelvoud. Waarden die weliswaar breed aangehangen worden, maar waar, als het gaat om de nodige inzet, de calculerende burgers vanuit hun sociaal-demografisch gerelateerde kosten en baten-afweging toch verschillend mee uitkomen. En daarmee lijken we (nog) veraf van die zo noodzakelijke verbindende waarden.
WE NOTEREN TUSSENTIJDS...
- sept. 2001 - presentatie manifest "Stop de uitverkoop van de beschaving", een burgerinitiatief van een aantal bekende en vooral verontruste Nederlanders, dat aan duidelijkheid niets te wensen overlaat. De kern van het betoog draait om, "het verband tussen de veronachtzaming van de publieke sector en het verval van de beschaving".6
- dec. 2002 - de R.K.Kerk start een eigen Waarden & Normen Campagne. "Gevraagd. Met spoed. Waarden & normen. Wegens behoefte aan saamhorigheid", zo verwoordt een poster deze inzet van het maatschappelijk debat.7
- dec. 2003 - op verzoek van de regering publiceert de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) het rapport "Waarden, normen en de last van het gedrag", waarin twee hoofdthema's aan de orde komen: (1) "het vraagstuk van normoverschrijdend gedrag, van fatsoenlijke omgangsvormen en het niet nakomen van vele, vaak niet precies omschreven gedragsnormen", en (2) "het vraagstuk van de gemeenschappelijkheid en de pluriformiteit van waarden en het omgaan met uiteenlopende stelsels van waarden en normen, die met cultuurverschillen samenhangen."8
- apr. 2004 - te lezen op het forum van Stichting Tawiza.nl, een site van Marokkaanse jongeren die zich inzetten voor de multiculturele dialoog: "Maar we hebben het over Nederlandse waarden en normen. Dus iets wat karakteristiek is voor Nederland en misschien een aantal omliggende landen. Wat als eerste in mij opkomt is individualisme, een borrel op zijn tijd is normaal, ouders stop je weg in een verzorgingstehuis, vrije (experimentele?) seks voor het huwelijk, homohuwelijk, een gast weg sturen voor het eten en zo nog meer. Dit zijn allemaal waarden en normen die vrij algemeen Nederlands zijn. Toch zal ik weigeren om als moslim dit aan islamitische kinderen aan te leren. Integendeel: van mij zullen ze leren dat dit fout is en waarom dit fout is..."9
- juni 2005 - de minister-president ontvangt het eerste exemplaar van de "Atlas of European Values", een wetenschappelijk en statistisch gedocumenteerd verslag van drie interviewrondes in de landen van Europa omtrent waarden en normen, gehouden in resp. 1981 (12 landen), 1990 en 1999 (34 landen). Het document wordt als een belangrijke standaard gezien in de beleidsmatige bezinning op het vraagstuk van waarden & normen. 10
- het jaar 2006 - wordt door de Europese Commissie uitgeroepen tot "Europees jaar van de mobiliteit van werknemers". De voortgaande uitbreiding van de Europese Unie met een Europese arbeidsmarkt met vrij verkeer van werknemers en diensten is een onomkeerbaar proces dat omzichtig beleid vergt, maar dat volgens critici ook leidt tot 'een culturele lappendeken' waaronder ieder zich zal willen warmen, wat de multiculturele kwestie er niet eenvoudiger op maakt.11
- febr. 2007 - we beleven intussen het Vierde Kabinet-Balkenende, én de ontmanteling van de LPF. Maar daarmee is het politiek gekrakeel nog niet van de lucht. Als afsplitsing van de VVD halen de aanvankelijke eenmansfracties Verdonk ("Trots Op Nederland") en Wilders ("Partij Voor de Vrijheid") met enige regelmaat de media met boude uitspraken over integratie, multiculturalisme en de islam.12
- jan. 2008 - "Benoemen & Bouwen", kopt de advertentievoorpagina van dagblad Trouw op 2 jan. Opnieuw een burgerinitiatief. Ditmaal van Doekle Terpstra, voorzitter van de HBO-raad, en een aantal BN-ers uit diverse sectoren van de samenleving. Beginnend met een nieuwjaarswens, volgt een beknopte analyse van de sociaal-maatschappelijke stand van zaken Anno nú, met de oproep aan iedereen zich in te zetten voor een open en tolerant Nederland in 2008.13 Niet veel later presenteert Geert Wilders zijn met veel tumult aangekondigde film "Fitna" (beproeving), gevolgd door het Iraans-Arabische 'antwoord' "Beyond Fitna".14
- het jaar 2009 - jaar van de kredietcrisis. Intussen heeft Wilders zijn anti-islamfilm in meerdere landen kunnen vertonen en beleven we 'de stilte na de storm' - gevreesde acties bleven uit en de discussie lijkt zelfs wat gekalmeerd - althans, tot nu toe... Maar het meest imposante gebeuren dit jaar is wel de de wereldwijde kredietcrisis van eind 2008, met voorspelde rampzalige gevolgen voor 2009 en 2010 - en dat alles door wat Wim Kok ooit betitelde als "exorbitante zelfverrijking" van de graaicultuur. Het zet de waarden & normen-discussie weer eens op scherp, maar voor hoe lang...15
Ziehier een kleine greep uit de enorme vloed aan maatschappelijke interacties in het eerste decennium van de nieuwe eeuw, gerelateerd aan het thema waarden & normen. Deze notities geven een indruk van de urgentie enerzijds (het probleem gaat ons allemaal aan) en de overstelpende complexiteit anderzijds (het ontbreken van voldoende overzicht en inzicht), waarmee overeenstemming omtrent het hóé en wát van mogelijke oplossingen nog ver te zoeken lijkt. Ons resten daarom voorlopig de volgende vragen:
- sept. 2001 - presentatie manifest "Stop de uitverkoop van de beschaving", een burgerinitiatief van een aantal bekende en vooral verontruste Nederlanders, dat aan duidelijkheid niets te wensen overlaat. De kern van het betoog draait om, "het verband tussen de veronachtzaming van de publieke sector en het verval van de beschaving".6
- dec. 2002 - de R.K.Kerk start een eigen Waarden & Normen Campagne. "Gevraagd. Met spoed. Waarden & normen. Wegens behoefte aan saamhorigheid", zo verwoordt een poster deze inzet van het maatschappelijk debat.7
- dec. 2003 - op verzoek van de regering publiceert de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) het rapport "Waarden, normen en de last van het gedrag", waarin twee hoofdthema's aan de orde komen: (1) "het vraagstuk van normoverschrijdend gedrag, van fatsoenlijke omgangsvormen en het niet nakomen van vele, vaak niet precies omschreven gedragsnormen", en (2) "het vraagstuk van de gemeenschappelijkheid en de pluriformiteit van waarden en het omgaan met uiteenlopende stelsels van waarden en normen, die met cultuurverschillen samenhangen."8
- apr. 2004 - te lezen op het forum van Stichting Tawiza.nl, een site van Marokkaanse jongeren die zich inzetten voor de multiculturele dialoog: "Maar we hebben het over Nederlandse waarden en normen. Dus iets wat karakteristiek is voor Nederland en misschien een aantal omliggende landen. Wat als eerste in mij opkomt is individualisme, een borrel op zijn tijd is normaal, ouders stop je weg in een verzorgingstehuis, vrije (experimentele?) seks voor het huwelijk, homohuwelijk, een gast weg sturen voor het eten en zo nog meer. Dit zijn allemaal waarden en normen die vrij algemeen Nederlands zijn. Toch zal ik weigeren om als moslim dit aan islamitische kinderen aan te leren. Integendeel: van mij zullen ze leren dat dit fout is en waarom dit fout is..."9
- juni 2005 - de minister-president ontvangt het eerste exemplaar van de "Atlas of European Values", een wetenschappelijk en statistisch gedocumenteerd verslag van drie interviewrondes in de landen van Europa omtrent waarden en normen, gehouden in resp. 1981 (12 landen), 1990 en 1999 (34 landen). Het document wordt als een belangrijke standaard gezien in de beleidsmatige bezinning op het vraagstuk van waarden & normen. 10
- het jaar 2006 - wordt door de Europese Commissie uitgeroepen tot "Europees jaar van de mobiliteit van werknemers". De voortgaande uitbreiding van de Europese Unie met een Europese arbeidsmarkt met vrij verkeer van werknemers en diensten is een onomkeerbaar proces dat omzichtig beleid vergt, maar dat volgens critici ook leidt tot 'een culturele lappendeken' waaronder ieder zich zal willen warmen, wat de multiculturele kwestie er niet eenvoudiger op maakt.11
- febr. 2007 - we beleven intussen het Vierde Kabinet-Balkenende, én de ontmanteling van de LPF. Maar daarmee is het politiek gekrakeel nog niet van de lucht. Als afsplitsing van de VVD halen de aanvankelijke eenmansfracties Verdonk ("Trots Op Nederland") en Wilders ("Partij Voor de Vrijheid") met enige regelmaat de media met boude uitspraken over integratie, multiculturalisme en de islam.12
- jan. 2008 - "Benoemen & Bouwen", kopt de advertentievoorpagina van dagblad Trouw op 2 jan. Opnieuw een burgerinitiatief. Ditmaal van Doekle Terpstra, voorzitter van de HBO-raad, en een aantal BN-ers uit diverse sectoren van de samenleving. Beginnend met een nieuwjaarswens, volgt een beknopte analyse van de sociaal-maatschappelijke stand van zaken Anno nú, met de oproep aan iedereen zich in te zetten voor een open en tolerant Nederland in 2008.13 Niet veel later presenteert Geert Wilders zijn met veel tumult aangekondigde film "Fitna" (beproeving), gevolgd door het Iraans-Arabische 'antwoord' "Beyond Fitna".14
- het jaar 2009 - jaar van de kredietcrisis. Intussen heeft Wilders zijn anti-islamfilm in meerdere landen kunnen vertonen en beleven we 'de stilte na de storm' - gevreesde acties bleven uit en de discussie lijkt zelfs wat gekalmeerd - althans, tot nu toe... Maar het meest imposante gebeuren dit jaar is wel de de wereldwijde kredietcrisis van eind 2008, met voorspelde rampzalige gevolgen voor 2009 en 2010 - en dat alles door wat Wim Kok ooit betitelde als "exorbitante zelfverrijking" van de graaicultuur. Het zet de waarden & normen-discussie weer eens op scherp, maar voor hoe lang...15
Ziehier een kleine greep uit de enorme vloed aan maatschappelijke interacties in het eerste decennium van de nieuwe eeuw, gerelateerd aan het thema waarden & normen. Deze notities geven een indruk van de urgentie enerzijds (het probleem gaat ons allemaal aan) en de overstelpende complexiteit anderzijds (het ontbreken van voldoende overzicht en inzicht), waarmee overeenstemming omtrent het hóé en wát van mogelijke oplossingen nog ver te zoeken lijkt. Ons resten daarom voorlopig de volgende vragen:
- Hoe dichtbij is het probleem en hoever weg de oplossing, of andersom?
- Hoe dienen verbindende waarden zich aan?
- Waarom dan toch altijd maar weer die normen en waarden?
AL DIE MET ONS MEE WIL GAAN, DIE MOET ONZE MANIEREN VERSTAAN (!)
Er zijn tijden geweest dat 'Hollands glorie' nog breeduit en met volle overtuiging werd beschreven en bezongen. In verwijzing naar een roemrucht verleden (Bataafse opstand - verzet tegen Spanje - overwinning op de Fransen - bevrijding van de Duitsers - voortdurende strijd tegen het water) werden met vermenging van mythische verbeelding en feitelijke historie daadkracht en zedelijk peil van memorabele Hollanders pars pro toto steeds weer herdacht en geprezen. En ieder in dat lage land met zijn hoge luchten "Wien Neêrlands bloed in d' aders vloeit" (Tollens, 1817), wist zich daarbij "Van vreemde smetten vrij" opgenomen in dat corpus illustrium van strijdvaardige, vrome en humane voortreffelijkheid. Alzo gaf ons nationaal verleden eeuwenlang voeding aan het volkse sentiment dat sinds 1932 zijn identiteit van Nederlanderschap in een officieel volkslied tot uitdrukking brengt en bij nationale evenementen niet schroomt, zij het met wat benepen stem en niet zelden gissend naar de juiste strofe, dit belijden op plechtstatige wijze ten gehore te brengen. Een sentiment waar ook Balkenende's "VOC mentaliteit" en Verdonk's "Trots op Nederland" graag en met kennelijk chauvinisme aan refereren. Maar de tijden zijn veranderd, en daarmee ook de tijdgeest. Neerland's cultuurgoed, vrucht van tolerantie, vrijheidsdrang en nijvere handelsgeest, was zo succesvol dat niet alleen wereldwijd overal de sporen ervan terug te vinden zijn, maar de wereld intussen ook haar voren door onze polders en steden heeft getrokken. De Nederlandse cultuur is geen monoliet meer - is dat de facto ook nooit geweest - ondanks alle opgeklopte sentimenten rondom sport, spel en populaire tv-series waar de hollandse retro-gezelligheid van afdruipt. De huidige sociaal-maatschappelijke diversiteit laat geen ruimte meer voor die illusie. Eerder vormt ze het stramien waarop multiculturaliteit én postmoderniteit eigen patronen afzetten - patronen met een zekere onvoorspelbaarheid die, voor wie nog hecht aan de vroegere orde van Hollandse interieurs en stadsgezichten, tamelijk 'ongezellig' kunnen aandoen. Bovenstaande 19e-eeuwse liedstrofe van de dichter J. P. Heye verwoordt dan ook precies de onoverbrugbare kloof tussen probleem en oplossing van deze impasse.16 Want "...die met ons mee wil gaan, die moet onze manieren verstaan...", laat zich via geprogrammeerde inburgering nog wel enigszins organiseren, maar multicultureel niet meer funderen binnen de smalle marges van ons vlakke en te zeer op nut en efficiëntie ingerichte polderlandje. Waar de 19e-eeuwse historische roman en de vaderlandse liedkunst dat sentiment daarom nog als vanzelfsprekende karakteristiek van onze kloeke volksaard voorstelden geldt het nu een steriel advies zonder veel levensvatbaarheid, want: te instrumentalistisch in het willen voldoen aan oppervlakkige conventies - een manco waar ook Heinsbroek's pleidooi voor 'fatsoenlijk' burgerschap al op stuk liep. Semantisch geldt nog wel de relatie tussen "verstaan" en "gaan" - eerst kunnen begrijpen, voor adequaat te kunnen handelen - maar praktisch hebben we te maken met een cesuur in tijd en geest binnen een context die zich niet langer uitdrukt in termen van nationale of culturele eigenheid, maar zeer beslist in die van mondiale en sociaal-culturele diversiteit. Terecht kunnen we ons dan ook afvragen of 'verbindende waarden' binnen die context nog wel mogelijk zijn, en zo ja, hoe?
HOE DIENEN VERBINDENDE WAARDEN ZICH AAN ?
De huidige desoriëntatie rond het thema "waarden & normen" verwijst naar een basisfenomeen dat latent altijd al en binnen elke cultuur aanwezig was en is, namelijk: de cultuureigen ambivalentie, ofwel, het vigeren van conflicterende waardensystemen binnen het geheel van een cultuur. Manifest wordt die ambivalentie pas waar ingrijpende ontwikkelingen een herschikking van een aanvankelijk evenwicht bewerken, en in het bijzonder daar waar de traditionele hiërarchische structuur van de cultuur een revolutionaire omwenteling doormaakt. 19e-Eeuwse geschiedfilosofen als Hegel en Marx duidden die ambivalentie nog in positieve zin als dialectische zijnsmodus van de Vooruitgang. Maar sinds het laatste kwart van de 20e-eeuw weten we dat de onderliggende structuur van een cultuur evenzeer kan eroderen naar een horizontalisme waarin alle waarden bijna evenveel, en daarmee in feite, even weinig 'waard' zijn. In dat geval bestaat er zo goed als geen basispatroon meer waarlangs de diverse waarden zich nog kunnen rangschikken en verbinden tot een normatief schema voor collectieve gedragingen. En dat is precies de status van de postmoderne cultuur, als een cultuur die in vergaande mate egalitair, hyperindividueel, eclectisch, en daarmee uiterst gefragmenteerd is in haar waardenoriëntaties. Met het gevolg dat sluimerende dilemma’s als katalysator van conflicterende waardenopties een rijke voedingsbodem vinden in de aldus manifest geworden ambivalentie: - men kan uit alles kiezen, waarom ook alles wordt gekozen; alles moet kunnen, waarom ook alles wordt gedaan - waarmee wel sprake is van vergroting van de 'vrije' handelingsruimte van individu en collectief, maar tegelijk ook van een mentale en morele inertie die niet bijdraagt aan een evenredige mate van persoonlijke verantwoordelijkheid. Het resultaat laat zich dan ook aanzien: van onverenigbaar sociaal-maatschappelijke posities als verdeelsleutel voor individu en collectief tot en met aperte vormen van verruwing en decadentie. Subsumerend geldt het in meerdere cultuurkritische notities gethematiseerde dilemma van "overvloed & onbehagen" dan ook als dé indicatie voor het ambivalente van onze hedendaagse exuberante cultuur met haar uiterlijke overdaad en innerlijke leegte. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat de verwarring zich hier paart aan de notie crisis als ijkmerk voor de kennelijke staat waarin de westerse samenleving verkeert.17 De vraag boe verbindende waarden zich aandienen, is dan ook niet vrij van dramatiek. Want, wat rest ons nog na eeuwen van politiek-economische en wetenschappelijk-technologische ontwikkeling om de belofte van de Vooruitgang alsnog gestand te doen: medemenselijkheid, rechtvaardigheid en een eerlijke verdeling van levenskansen voor iedereen? We kunnen ons niet onttrekken aan de intuïtie dat daar onze werkelijke imperatieven liggen. Toch bijft het voorlopig nog bij een sofistisch spel van opiniemakers, beleidsmakers en andere technocraten voor wie de consequenties van een dergelijke optiek allerminst opportuun lijken - ons huidig economisch 'systeem' verdraagt dat niet. Maar er is meer wat dat systeem niet verdraagt - humanitaire en ecologische motieven gaan het winnen van kapitalistisch instrumentele motieven. Die laatsten maken de mens tot sluitpost, waarom de eersten het op winstbejag ingerichte systeem steeds verder in een crisis zullen brengen. En dat zou wel eens de apotheose van de hele waarden & normen-discussie kunnen betekenen, maar in welke vorm en of we er dan met enkel democratische discussiemiddelen uitkomen, dat moeten we ons ernstig afvragen.18
EN DAAROM STEEDS WEER DIE NORMEN EN WAARDEN
Wordt vervolgd...
1. De integrale tekst van deze notitie is als volgt:
(terug)Notitie Heinsbroek
Notitie voor de Ministerraad / De Minister President
Ik hecht er bijzonder aan het volgende onder Uw aandacht te brengen. Naar mijn mening zal de overheid een bewustwordingsproces/campagne moeten starten met als doel het her-implementeren van de normen en waarden in onze samenleving, hoe we op een menswaardige en respectvolle manier met elkaar omgaan. De spelregels dus.
Met het alleen roepen dat normen en waarden moeten worden hersteld en het invoeren van bepaalde maatregelen komen we er niet. De mensen in Nederland moeten gemotiveerd en geïnspireerd worden aan dit proces deel te nemen, dat het in hun eigen belang is, wil de samenleving weer leefbaar worden. Er zal dus bij onze landgenoten een mentaliteitsverandering tot stand moeten worden gebracht (wat een hele klus is) waarbij ik vooral denk aan intensieve campagnes in de pers, op de radio, de bioscoop, maar vooral via televisie. Dat kan heel goed, betrekkelijk snel en effectief, elk 'product' is verkoopbaar, het is maar hoe je het verpakt.
Enkele speerpunten:
Met name deze benadering mis ik in het regeerakkoord en ik zou er graag iets van (terug) zien in de regeringsverklaring.
- Het respect moet (terug)komen voor de onderwijzer, huisarts, leraar, ouderen enz. Ouders moeten op hun plicht gewezen worden hun kinderen met dit besef op te voeden. Voor ouderen, minder validen of vrouwen sta je je plaats af in de trein of bus. Je onderwijzer of huisarts, wees heel blij dat ze er zijn en behandel ze met respect. Zonder die mensen leer je niets en word je ziek. Strengere regels op de middelbare school (gele kaartsysteem in de voetballerij werkt zeer effectief). De ouder die 'verhaal komt halen' omdat zijn kind een oorvijg heeft gekregen dient fors gestraft te worden. Situaties, voorbeelden enz. Dit kun je heel goed met beelden en goede teksten in TV-spots onder de aandacht brengen.
- Het politiegezag dient hersteld te worden. Niet alleen meer blauw en uitgebreidere bevoegdheden (wel heel belangrijk) maar het besef dat de politie nodig is en dat je daar bij gebaat bent. TV-spots die het beroep een uplift geven, de noodzaak ervan onderstrepen en het gezag herstellen op een consumentvriendelijke maar wel strenge manier. Politielogo met die waakvlam moet weg. Het zijn geen verwarmingsmonteurs of pijpfitters. Logo moet gezag uitstralen. Strak in het uniform, geen oorringetje, staartjes enz. Dress-code. Situaties, harde beelden. Zonder politie geen veilige samenleving.
- Respect voor de huisarts (dreigend tekort) is grote noodzaak. Eventueel aanvullen met maatschappelijk werkers teneinde huisartsen als praatpaal te ontlasten. Ga niet voor ieder pijntje, denk goed na, die man of vrouw is er niet voor jouw zere vinger, maar alleen als je werkelijk iets hebt wat je zelf niet op kunt lossen. Dan krijg je die hulp ook onmiddellijk en zit je straks niet zonder huisarts. Situaties, voorbeelden in TV-spots.
- Integratie. We hebben nu eenmaal een multiraciale samenleving. Leer je medemens hoe het hier werkt, praat Nederlands, leg hem of haar de spelregels uit. TV-spots met weer situaties en voorbeelden.
- WAO. Laat geen zwartwerkers met een uitkering bijklussen. Denk aan de bestaande campagnes van 'toch maar naar de echte dealer' van de autobranche.
Dit soort marketing aanpak waarbij we professionele creatieven (geen vriendjespolitiek) moeten betrekken (kleine denktank) kan een groot effect hebben en zal het beroep van politieagent, leraar, huisarts enz. bovendien weer veel aantrekkelijker maken. Past in deze tijd en is echt vernieuwend.
Overheid heeft dit soort eigentijdse inzet van de media nog nooit gebruikt. Ook president Bush overweegt de inzet van de reclame-industrie en Hollywood bij zijn bestrijding van het terrorisme.
Dan wordt het een stuk gemakkelijker de belangrijkste regeringsdoelstellingen van meer veiligheid, verbeterde zorg, goed onderwijs, oplossing van het WAO vraagstuk en geoliede integratie op korte termijn te bewerkstelligen.
Het zal ondersteunend werken, misschien zelfs wel meer dan dat, bij onze worsteling met deze problematiek, waarop we in eerste instantie zullen worden afgerekend. Ik weet dat het onconventioneel is maar de tijd en Nederland zijn er naar mijn mening rijp voor.
Mr. H.Ph.J.B. Heinsbroek
Naarden, 22 juli 2002
Bron: NRC, internet
2. Zie het volledige artikel, "Medialisering van de moraal: middel of kwaal?" via de Artikelen-pagina van deze site.
(terug)
3. Wie herinnert zich F. F. Schumacher's Small is beautiful nog van midden jaren-zeventig? De veelzeggende ondertitel van dit boek luidde: "A study of economics as if people mattered". Ik heb de op veel punten nog steeds actuele tekst er weer eens op nagekeken. Over de vraag van het 'genoeg' zegt Schumacher: "What is 'enough'? Who can tell us? Certainly not the economist who pursues 'economic growth' as the highes of all values, and therefore has no concept of 'enough'. There are poor societies which have too little; but where is the rich society that says: 'Halt! We have enough'? There is none" (1974, p. 23).
De kennelijk onbeantwoordbare vraag naar wat 'genoeg' nu eigenlijk betekent, heeft alles te maken met het grote pakket overgecultiveerde behoeften in de sfeer van oneigenlijke luxe en comfort, waardoor de (post)moderne mens vervreemd is van de basale tevredenheid die de bevrediging van eerste levensbehoeften voor lichaam en geest met zich meebrengt. Het creëren van steeds nieuwe behoeften is daarin tot economisch instrument per se geworden om het productie- en consumptieproces gaande te houden - een instrument ook, dat strategisch inspeelt op lagere motieven van hebzucht en afgunst, waardoor uit onvrede om het gecreëerde gemis het onrustig zoeken naar bevrediging wordt bekrachtigd. Deze dynamiek kan slechts doorbroken worden als de traditionele grondslagen van een kapitalistische economie geleidelijk worden ingewisseld voor die van duurzame economische ontwikkelingen. Het is hoopvol dat wat dit laatste betreft er een groeiende bewustwording is in die richting.
(terug)
4. Het NIPO-rapport, getiteld: "Wat leeft er in Nederland? Maatschappelijke trends in 2002 verklaard vanuit NIPO's WIN-model" (Waarden In Nederland), meldt: "‘Normen en waarden’ zijn de afgelopen jaren een maatschappelijk gespreksonderwerp geworden. En zeker sinds de aardverschuivingen bij de verkiezingen [15 mei 2002] zijn normen en waarden een ‘hot issue’ in de Nederlandse politiek en in de pers" (p. 3). Onderstaande tabel in het rapport geeft via een segmentatie van acht categorieën een procentuele verdeling weer van de belangrijkste zaken waar de Nederlandse bevolking zich zorgen over maakt.

Voor de volledige tekst van het rapport met tabellen zie: TNS-NIPO
(terug)
5. In onderstaande tabel gaat het rapport uit van een achttal waardensegmenten die duidelijk de overeenkomsten en de meest opmerkelijke verschillen tussen de diverse groepen aangeven. Interessant is de demografische differentiatie die hier inzichtelijk wordt gemaakt. Deze stand van zaken toont in grote lijnen het complexe karakter van de hele kwestie rond waarden & normen.

(terug)
6. Het slot van het manifest roept op tot hernieuwde beschavingszin met "het goede leven" als wenkend perspectief voor alle mensen:
De volledige tekst van het manifest en de reacties daarop vindt u op de site: www.stopdeuitverkoop.nlStop de uitverkoop
Achtereenvolgende kabinetten hebben de publieke zaak stiefmoederlijk behandeld en zijn derhalve de hoofdschuldigen voor de alom zichtbare verschraling, de wachtlijsten, de ontevredenheid van het personeel, de gegroeide impopulariteit van het werken in de publieke sector en het daarmee samenhangende schrijnende tekort aan personeel. Je kunt een slecht functionerende overheid natuurlijk "afschaffen", door zoveel mogelijk overheidsdiensten te privatiseren (de letterlijke uitverkoop) en door de sociale moraal te vervangen door de moraal van de markt (de figuurlijke uitverkoop), maar is het niet logischer om eerst eens goed na te denken over mogelijke verbeteringen? Er waren en zijn immers goede redenen om genoemde sectoren niet over te leveren aan de markt. Sectoren als zorg, onderwijs, openbaar vervoer en veiligheid lenen zich niet voor verzelfstandiging, privatisering en marktwerking, net zo min als het gevangeniswezen, de politie en de brandweer. "De markt" brengt onmiddellijk een inbreuk teweeg op belangrijke sociale waarden, bijvoorbeeld door ongelijkheid te creëren als het gaat om toegang en kwaliteit.
De combinatie van een technocratische overheid, de oprukkende individualisering en de ontmanteling van maatschappelijke verbanden heeft ertoe geleid dat de publieke zaak is verweesd. De zogenaamde civil society, die door velen wordt gezien als het belangrijkste bindmiddel van onze beschaving, is in een kwade reuk komen te staan. Wie zich bekommert om zaken als solidariteit en saamhorigheid, verbondenheid en belangeloosheid, is niet meer "van deze tijd". Dat uit zich nergens zo scherp als in de welhaast epidemische nonchalance ten aanzien van dat wat van ons allemaal is: de beschaving.
Als de beschaving een kleed is dat mensen door de eeuwen heen samen hebben geweven, zoals wij hierboven hebben verwoord, dan zien we nu dat er gaten beginnen te vallen in dat kleed. Wanneer we als samenleving niet de moed hebben om dat proces een halt toe te roepen, zullen de gevolgen op termijn zeer ernstig zijn. Niet alleen op politici, maar op álle burgers rust de verantwoordelijkheid om de uitverkoop van onze beschaving te stoppen en een verdere afbraak van de publieke zaak te voorkomen.
Het behoud van, en onderhoud aan wat wij als onze beschaving ervaren, vormen een absolute voorwaarde om zicht te houden op het wenkend perspectief van een samenleving waarin "het goede leven" voor álle mensen een bereikbaar doel is geworden. Daarbij zijn woorden als "solidariteit" en "verantwoordelijkheid" onmisbare begrippen. Aan belangrijke voorwaarden voor een dergelijke samenleving is in ons deel van de wereld voldaan in de vorm van onze culturele erfenis, onze ontwikkeling en onze rijkdom. De vraag is nu: gaan we deze verworvenheden tot speelbal maken van een eindeloze concurrentieslag van allen tegen iedereen, terwijl we tegelijkertijd een meerderheid van de mensheid de mogelijkheid ontzeggen om ook deel te nemen aan deze verworvenheden? Of proberen we door debat, dialoog en persoonlijke inzet te komen tot een nieuw beschavingsideaal, zodat het aloude streven om de wereld beter achter te laten dan wij hem hebben aangetroffen nieuw leven wordt ingeblazen?
Wij kiezen voor het laatste en roepen iedereen op datzelfde te doen. Help mee, stop de uitverkoop van de beschaving!
Amsterdam, september 2001
Mies Bouhuys
Wouter van Dieren
Bob Fosko
Karel Glastra van Loon
Freek de Jonge
Arjo Klamer
Jan Marijnissen
Huub Oosterhuis
Dorien Pessers
Harry de Winter
Nilgün Yerli
(Allen zijn lid van het bestuur van de stichting ‘Stop de uitverkoop van de beschaving’)
(terug)
7. De R.K.Kerk verwijst naar een aantal ‘moderne klassiekers' ("slijtvaste waarden") die zij 'in de aanbieding' heeft, zoals solidariteit, (naasten)liefde en respect. Kardinaal Simonis formuleerde dat als volgt: "Wij hebben geen monopolie op waarden en normen. Maar onze schatkamers liggen vol met datgene waar velen in de samenleving naar op zoek zijn. Dat mogen en willen we niet verborgen houden". Echter, in mei van het daaropvolgend jaar (2003) zet het Tweede Kabinet Balkenende onverkort in op economisch herstel. De waarden en normen discussie krijgt nauwelijks nog aandacht in de troonrede, aldus het commentaar van de rk-bisschoppen. Het kabinet profileert zich als rekenmeester van de harde lijn, bezuinigen en nog eens bezuinigen. Het gaat in Balkenende II vooral om economisch herstel. Zie voor meer informatie: www.katholiek nederland.nl
(terug)
8. In de sociologische optiek van het rapport wordt de samenhang benadrukt tussen "rechtshandhaving" en "de waarden van de democratische rechtsstaat en een open samenleving", als... "gemeenschappelijke kern, die de pluriformiteit van waarden mogelijk maakt en zelf bepaalde waarden inhoudelijk ondersteunt". Meer informatie over deze publicatie is te vinden op: www.wwr.nl
(terug)
9.Meer over de Marokkaanse- en Berbercultuur, integratie en allerlei culturele activiteiten vindt u op de site: Tawiza.nl
(terug)
10.Meer informatie vindt u op de site: Atlas of European Values
(terug)
11. Meer achtergrondinformatie over de Europese arbeidsmarkt vindt u op de website van de Europese Commissie
(terug)
12. Zie voor de politieke standpunten van resp. "Trots Op Nederland" (TON) van Rita Verdonk en de "Partij Voor de Vrijheid" (PVV) van Geert Wilders: politiek.startpagina.nl
(terug)
13. Het manifest wil een dam opwerpen tegen wat door velen ervaren wordt als 'de verharding en polarisatie van de samenleving'.
De integrale tekst luidt:
De reacties op het manifest zijn verdeeld. Sommigen spreken van 'prekerige betutteling', anderen waarderen de tekst als het best denkbare begin van het nieuwe jaar. Per omgaande bestempelde Geert Wilders (PVV) de ondertekenaars tot 'onnozele en naïeve dwazen', als 'dhimmi's', die uit vrees voor de Islam zich onderdanig gedragen. Zijn standpunt is: "De islam verdient geen respect, maar moet fel bestreden worden als intolerante en fascistische ideologie". Net daarvoor had Wilders zich ook al geërgerd aan de kersttoespraak van de koningin die daarin waarschuwde tegen voortgaande individualisering en intolerantie. Hij noemde de toespraak 'politiek' en 'vol multiculti-onzin', en 'de koningin zou maar uit de regering moeten, dan kon ze voor zichzelf spreken'.Benoemen en Bouwen
Wij wensen iedereen een gezond en gelukkig 2008. We hopen dat alle Nederlanders in het nieuwe jaar op een prettige en waardige manier met elkaar zullen samenleven.
Dat is niet vanzelfsprekend. Wij maken ons grote zorgen, zowel over de reële problemen die de integratie van allochtone Nederlanders met zich meebrengt als over de gepolariseerde verhoudingen in ons land. Het maatschappelijke en politieke debat over de multiculturele samenleving is verhard. De dingen moeten natuurlijk helder benoemd worden; niemand moet z’n kop in het zand steken. Maar wij signaleren een steeds verdergaande verharding van verscheidene kanten. Generalisaties en kwetsende woorden zijn aan de orde van de dag. Als allochtone jongeren in de grote steden rotzooi trappen, wordt geroepen dat het ligt aan ‘de buitenlanders’ of aan ‘de islam’. Op hun beurt tonen sommige allochtone jongeren weinig respect voor ‘de Nederlanders’. Keer op keer worden vele honderdduizenden mensen ten onrechte en volkomen onnodig in de hoek gezet.
Gelukkig leven wij in een land waarin mensen mogen zeggen wat ze willen. Maar die vrijheid mag niet worden misbruikt om elkaar te kwetsen. En dat gebeurt wél. Serieuze, lastige vraagstukken worden versimpeld tot ongenuanceerde en polariserende oneliners. Daardoor worden problemen niet opgelost, maar versterkt. Zo raakt Nederland verstrikt in een neerwaartse spiraal van intolerantie en onverschilligheid. Dat is een doodlopende weg.
Daar willen wij iets aan doen. We willen stimuleren dat mensen problemen in de samenleving benoemen, aanpakken en oplossen, zodat burgers zich met elkaar verbinden. En wij willen de aandacht vestigen op de plaatsen waar mensen van verschillende achtergronden goed met elkaar overweg kunnen. We zien fantastische voorbeelden in alle sectoren van het maatschappelijk leven: kunst en cultuur, media, sport, wetenschap, onderwijs, bedrijfsleven en levensbeschouwing.
Samen-leven kan alleen als we oog hebben voor elkaars opvattingen en gewoonten. Als we respect hebben voor verschillen in afkomst en culturele en religieuze oriëntaties. Als we elkaar niet discrimineren vanwege afkomst, sekse, religie of seksuele geaardheid. Als fysiek en verbaal geweld uit den boze zijn. Als we ons onthouden van extremisme, van welke aard dan ook. Als we ons aan de wet houden. Als de scheiding tussen kerk en staat niet ter discussie staat. De meeste van die regels staan óf in de grondwet, óf het zijn algemeen geaccepteerde fatsoensnormen. Toch blijkt keer op keer dat veel mensen zich er niet aan houden.
Van oudsher staat de Nederlandse cultuur bekend als open en tolerant. In de afgelopen periode is die cultuur onder druk komen te staan. Eerst hadden we de neiging om te veel te gedogen. Nu dreigt intolerantie de boventoon te voeren. Het is tijd dat wij terugkeren naar de wortels van de Nederlandse traditie en een nieuwe balans vinden tussen de waarden van toen en de waarden van nu.
Dit ideaal willen wij in 2008 uitdragen. Daar hebben we iedereen bij nodig: allochtonen en autochtonen; christenen, moslims, joden en humanisten; werknemers en werkgevers; politici en burgers.
Wij roepen u op om onze boodschap te ondersteunen. Vul uw naam in op de website www.benoemenenbouwen.nl. We nodigen u ook uit om daar voorbeelden te plaatsen van maatschappelijke initiatieven van mensen met verschillende achtergronden die problemen oplossen en kansen creëren. Als voorbeeld voor nieuwe inspiratie en nieuwe initiatieven.
(terug)
14. Beide, Fitna en Beyond Fitna, zijn te typeren als ideologiestrijd, waarbij men zich bedient van een reductio ad absurdum: het reduceren van het geheel tot een exstreem deel, waardoor tegenstellingen dramatisch worden aangescherpt. Voor de actuele stand van zaken in deze controverse klik op de nieuwssite van Current...
(terug)
15. "Kredietcrisis en recessie vormen een cesuur na een kwart eeuw welvaartsgroei. De crisis doet de wereldorde op haar grondvesten schudden. Wat nu, is de vraag op de G20-top" (NRC, 28/03/2009). Meer informatie op kredietcrisis.startpagina.nl
(terug)
16. De volledige tekst van dit kinderliedje luidt:
Onze manieren.
Tusschen Keulen en Parijs
Leît de weg naar Rome:
Al die met ons meê wil gaan,
Die moet onze manieren verstaan:
Goeije manieren,
Zoete manieren,
Zoo zijn onze manieren.
Ben je klein of ben je groot,
Altijd kan je leeren;
Woudt ge gaarne zijn bemind,
Houdt maar onze manieren te vrind:
Brave manieren,
Vrome manieren,
Zoo zijn onze manieren.
Ben je niet van Hollandsch bloed,
Woudt ge dat niet blijven?
Houdt dan, kindren! waar het past,
Houdt dan Hollands manieren maar vast;
Oûwe manieren,
Trouwe manieren,
Zoo zijn onze manieren.
Uit: Al de kinderliederen van Jan Pieter Heije, Amsterdam 1861 - bron: Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (DBNL)
(terug)
17. Nietzsche stelde in de aanhef van Die Geburt der Tragödie (1886) al de vraag: "Bestaat er misschien zoiets als een lijden aan de overvloed zelf?" - voor ons wordt dat 'lijden' steeds meer realiteit. We spreken al langer van een sociale crisis, voedselcrisis, energiecrisis, milieucrisis, klimaatcrisis, kredietcrisis en recentelijk een schulden- of landencrisis, waarmee voor veler besef de crisis-gedachte indicatief is voor de condition humain van heel de moderne samenleving. De cultuurfilosoof Ton Lemaire had het decennia terug over een "crisis van de 'vooruitgang', de 'civilisatie', de 'verlichting'", en bekende toen ook: "Zélf deelnemer aan de aan haar eigen progressie twijfelende industriële beschaving, ben ik onvermijdelijk partij en vertegenwoordig die groepen die niet langer geloven in de waarde of vitaliteit van de conventionele westerse cultuur" (T. Lemaire, Over de waarde van kulturen 1976, p. 14). De crisis-gedachte lijkt daarmee een permanente status te hebben bereikt.
(terug)
18. In dit verband spreekt Peter Sloterdijk over het mogelijk ontstaan van een "eco-dictatuur", het door de overheid van bovenaf opleggen van maatregelen die 'gepaste' normativieteit afdwingen. Eenzelfde idee zien we ook in de discussie over "meer macht naar Europa" als noodzakelijk controlemiddel op het financieel beleid van de lidstaten.
(terug)